Nederland - De politie wil beter zicht en meer grip op de representatiekosten van het korps. Die liepen vorig jaar op tot ruim 15 miljoen euro. Een analyse moet inzicht bieden in de oorzaken van de stijging en leidt mogelijk tot aanscherping van het huidige beleid.
Omdat het begrip representatie lastig is af te bakenen, worden in de boekhouding van het korps tal van kosten op deze post geboekt. Die variëren van afscheidsrecepties tot bloemen, van VVV-bonnen tot diners en van seizoenkaarten voor voetbalclubs tot nieuwjaarsrecepties.
WOB-verzoek
Naar aanleiding van een WOB-verzoek van een journalist van het radioprogramma Argos inventariseerde het korps alle uitgaven die de afgelopen jaren die in de administratie op de post representatie zijn geboekt. In totaal gaat het om vele tienduizenden mutaties. Die zijn via deze link te bekijken.
Grote kostenpost
Dat het korps jaarlijks een aanzienlijk bedrag kwijt is aan representatiekosten is niet wonderlijk. “Elke bos bloemen, elke cadeaubon, elke receptie voor vertrekkende of jubilerende collega’s. De kosten komen allemaal terecht op de post representatie. Bij deze organisatie werken 65.000 mensen. Dan kan het totaalbedrag behoorlijk oplopen”, zegt Leonard Kok, binnen de Korpsleiding verantwoordelijk voor financiën.
Toch zijn er bij de inventarisatie enkele kosten in beeld gekomen die vragen oproepen. Kok: “Het gaat dan onder meer om kosten waarvan je je kunt afvragen: is dat nou representatie? Met de kosten is niks mis, maar ze zijn op de verkeerde post geboekt. Én er zijn kosten die weliswaar op de juiste post zijn geboekt, maar die de vraag oproepen: was dat nou nodig?”
Meer soberheid
In die laatste categorie vallen onder meer de afscheidsrecepties van enkele hooggeplaatste politiefunctionarissen, waarvan de kosten tienduizenden euro’s bedroegen. “De korpsleiding realiseert zich dat het hier om forse bedragen gaat. Hoewel mensen een afscheid verdienen dat past bij hun functie, betrachten we wel soberheid. Bijvoorbeeld door afscheidsrecepties zoveel mogelijk op politielocaties te organiseren. Bij de installatie van korpschef Erik Akerboom zijn we uitgegaan van de richtlijn die geldt voor het afscheid van een minister,” aldus Leonard.
De verantwoordelijkheid voor representatiekosten is ondergebracht bij budgethouders. Dat zijn eenheidschefs, maar ook andere leidinggevenden. Kok: “Zij beoordelen vooraf of een uitgave doelmatig is. Achteraf beoordelen zij of de prestatie die bij de kosten hoort daadwerkelijk is geleverd. Iedere leidinggevende wordt vervolgens weer gecontroleerd door zijn leidinggevende. Bij de eenheidschefs is dat de Korpsleiding. Achteraf gaan financiële medewerkers van het korps na of de bonnen kloppen. Leonard: “Het systeem van begroten, budgetteren, verantwoorden is de afgelopen jaren sterk verbeterd, maar het blijft van belang op gepaste soberheid te letten.”
Volgens Kok kent de politie duidelijke kaders voor representatiekosten, maar is er ruimte om daar van af te wijken. “De mate waarin dat soms gebeurt, daar zetten we vraagtekens bij. Neem seizoenkaarten voor een voetbalclub. Aan de ene kant kun je zeggen: goed dat de eenheidsleiding zich laat zien of de kaarten gebruikt om collega’s te belonen. Maar je kunt ook denken: zonde van het geld. Het is niet zwart-wit. Maar het gaat om gemeenschapsgeld. Daar moet je zorgvuldig mee omgaan.”
Controle
De inventarisatie van representatiekosten leidt niet tot allerlei nieuwe regels maken. “We gaan wel de definitie aanscherpen en zorgen dat kosten voortaan op de juist post worden geboekt. Alleen zo krijgen we een goed beeld van de werkelijke representatiekosten. Als we vraagtekens hebben bij bepaalde uitgaven, zullen we de verantwoordelijke budgethouder daarop aanspreken.”