DEN HAAG - Gevolmachtigde Minister Anthony Begina heeft een groep van de Curaçaose bevolking in Nederland de gelegenheid gegeven om tijdens een informele bijeenkomst van gedachten te wisselen met de delegatie van de Curaçaose regering over de afgelopen ontwikkelingen rondom de financieel-economische situatie van Curaçao.
Er kan gesproken worden van een vruchtbare bijeenkomst waarbij over verschillende onderwerpen gesproken kon worden, die Curaçao aangaan.
Ruim dertig geïnteresseerden waren vrijdagmiddag aanwezig bij het Curaçaohuis en hebben een uitleg gekregen van Minister-president Eugene Rhuggenaath en van zijn collega ministers Suzy Camelia-Romer en Kenneth Gijsbertha over de uitkomst van de vergadering van de Rijksministerraad waarbij een mogelijke aanwijzing op de agenda stond.
Brandbrief
Gevolmachtigde Minister Anthony Begina heeft op de eerste plaats de groep vooraanstaande bezorgde Curaçaoënaars die een brandbrief naar de Rijksministerraad heeft gestuurd, bedankt. In de brief werd de rijksregering verzocht en geargumenteerd, Curaçao geen aanwijzing te geven.
Ook Minister-president Eugene Rhuggenaath gaf aan dat de brief goede argumentatie bevat die iedereen kennis van moet nemen. Tijdens de bijeenkomst werd ook gesproken over de uitstel van de aanwijzing. De ministers kregen concrete vragen over de invulling van de tijd tot en met 5 juli, wanneer een definitieve besluitvorming plaatsvindt in de Rijksministerraad. Ook werd er gesproken over de steun die Nederland aan Curaçao kan bieden om het land financieel bovenop te helpen.
Diaspora
Tijdens de informele bijeenkomst werden vragen gesteld over hoe Curaçaoënaars in Nederland ook kunnen bijdragen aan versterking van het eiland. De wens werd geuit om effectief gebruik te maken van de Curaçaose diaspora. Ondere andere onderwerpen over investeringen op Curaçao, de uitwerking van de Groeistrategie, de zoektocht naar capaciteiten om invulling te geven aan de structurele hervormingen en het saneren van de overheidsfinanciën, kwamen aan de orde.