15
Fri, Nov
0 New Articles

Ingezonden

Awareness Columns Curacao - De strijd tegen corruptie begint ergens bij beschimmeld vlees. Of kaas met een blauw plekje. Daar ging het de afgelopen twee weken namelijk over: misstanden in de supermarkt.

Via social media werden we getrakteerd op schokkende foto’s van plakken ham in alle kleuren van de regenboog en blikjes spam die de geboorte van País Kòrsou nog mee hadden gemaakt. We spraken er schande van, we voelden ons slachtoffer. Winkelwagens vol fout voedsel werden de supermarkten uitgeduwd, wie had dat ooit gedacht. De eigenaren van die winkels schreeuwden op hún beurt moord en brand. Het was zwaar onterecht wat er gebeurde, het viel allemaal wel mee met die misstanden en we moesten er maar niet teveel ruchtbaarheid aan geven. Want dat schaadt het aanzien van Curaçao in het buitenland en niet te vergeten: het aanzien van henzélf.

Corruption Awareness Columns Curacao 04We hoorden het even aan en besloten toch ons geld te zetten op Ronny. Die man is het hoofd van de inspectiedienst economische zaken, hij is degene die met veel gedoe de winkels binnenstormt op zoek naar een pruttelend blikje bonen. Het hangt er even vanaf wie je spreekt, maar Ronny is een soort combinatie van Rambo en Don Quichotte. Op z’n best een strijder tegen onrecht en voor volksgezondheid, op zijn slechtst iemand die schimmen ziet. Hoe het ook zij, we vinden Ronny leuk, want hij komt krachtig over.

In ieder geval heel wat krachtiger dan al die ándere controlerende instanties die het woord ‘eigenlijk’ voor in de mond hebben liggen. ‘Eigenlijk’ kloppen die misstanden niet en ‘eigenlijk’ bestaan daar boetes voor, maar ze talmen: kennelijk is de overtreding niet ernstig genoeg en het moet wel gezellig blijven.

Ik schrijf het zo kleurrijk op omdat we het zo beleven. Het is volkstheater. Net zoals de strijd tegen corruptie. We weten allemaal dondersgoed dat we uit moeten kijken met spullen die we in de supermarkt kopen. Sterker nog: ik denk dat ‘guruguru’ het eerste nieuwe woordje Papiaments is dat ik aanleerde toen ik hier twaalf jaar geleden kwam wonen. Guruguru zijn die kleine witte dingetjes die uit je rijst, cornflakes, vlees en groenten komen lopen.

Daar moet je op letten als je wat koopt, en als je dat niet doet dan ben je dom. In ieder geval een weerloos slachtoffer. De uitbater van de supermarkt is de boosdoener en de overheid doet er niks aan. Dat is zo’n beetje de rolverdeling in dit toneelstuk, een stuk dat al jarenlang op reprise gaat. Iedereen kent z’n rol en verantwoordelijkheid in het geheel en stapt zelden buiten het script, dat maar een boodschap heeft: wij zijn een Caribisch eiland, wij doen alles anders dan de rest van de wereld.

Ik ben zwaar in dubio als het om corruptiebestrijding gaat. Natuurlijk doe ik graag mee aan acties als deze, en het is een eer om ervoor gevraagd te worden. Maar ik voel hypocrisie bij mezelf. Toen ik de corruptietest op deze site deed slaagde ik niet geweldig. Erger nog: ik vond het niet eens erg. De computer vond het namelijk nodig om mij belerend te straffen met drie rode kruisen door antwoord en me zelfs uit te leggen hoe het dan wél heurt. Nou, dacht ik, dat maak ik zelf nog wel uit.

Zo doen wij dingen nou eenmaal op dit eiland. Ik ga écht niet wachten op de TDS monteur totdat ik een beschimmeld onsje weeg, als ik weet dat daar een schoonneef van me werkt. Dat zou niemand hier doen. De rol van de moraalridder bestaat niet in ons volkstheater: we maken gebruik, en we klagen met mate over onze zo typische kleine samenleving. En je moet van heel goede huize komen om dat verhaal te doorbreken.

Misschien moet het dan toch maar ergens bij beleid beginnen. Beleid dat we zelf opschrijven, uit eigen beweging, niet omdat een instantie in het buitenland daarop aandringt. Geen torenhoge ambities dus, maar aangepast aan de schaalgrootte en het ritme van ons eiland. De oprichting van SBTNO, de ‘watchdog’ bij overheidsbenoemingen, is daar een goed voorbeeld van. Laten we dat eens als ‘case’ gebruiken en breidt het uit op die basis. En dan nóg moet ik zien dat statenleden, ministers, ondernemers en burgers zich daar achter scharen, zoals Kórsou Transparente voorstaat.

Want het vereist dat je uit je rol stapt en de focus legt op een langdurig heldenepos in plaats van hijgerige éénakters. Wég bij de incidenten en voorgeprogrammeerde reacties; op naar gezamenlijke verantwoordelijkheid, kalmte en geduld. Kunnen we dat?