Den Haag - Dinsdag 28 juni 2016 heeft de Air Task Force Middle East de bijdrage beëindigd aan de brede internationale coalitie die strijdt tegen ISIS. Sinds oktober 2014 maakte het Nederlandse F-16 detachement deel uit van de luchtcampagne.
De Nederlandse F-16’s werden met name ingezet om grondtroepen te ondersteunen en om aanvallen uit te voeren op vooraf geplande doelen in Irak en Oost-Syrië. De inzet was voornamelijk gericht op de logistieke aanvoerlijnen van ISIS. De F-16’s voerden sinds de start van de luchtcampagne ruim 2.100 missies uit waarbij meer dan 1.800 keer wapens werden ingezet. De gevechtstoestellen vernietigden onder meer opslagplaatsen en wapenfabrieken.
België neemt huidige missie over
De commandant Air Task Force Middle East droeg vandaag het commando over aan zijn Belgische opvolger. Daarmee komt een einde aan de aanwezigheid van circa 200 Nederlandse militairen in het Midden-Oosten. Donderdag 30 juni keren de zes Nederlandse F-16’s terug naar vliegbasis Volkel. Nederland blijft aanwezig om de bewaking te verzorgen voor het Belgische F-16 detachement.
Terugdringen en bestrijden van ISIS
Samen met de andere landen van de coalitie is een belangrijke bijdrage geleverd aan het terugdringen en bestrijden van ISIS. Door constant verlies van strijders, middelen en terrein is ISIS steeds minder in staat veroverd terrein te behouden. Steeds meer strijders verlaten de groepering en de aanwas van nieuwelingen daalt drastisch. Sinds augustus 2014 verloor ISIS meer dan 25.000 km2 gebied in Irak en meer dan 9.000 km2 in Syrië.
Nederland blijft actief in de strijd tegen ISIS. Door training aan Koerdische Peshmerga-strijders en Iraakse special forces, door liaisons in verschillende hoofdkwartieren en door de bewaking te verzorgen voor het Belgische F-16 detachement.
