DEN HAAG - Nederlandse reizigers in het buitenland die door de Coronacrisis niet in staat zijn om zelf hun terugkeer te regelen, worden daarbij gesteund door het ministerie van Buitenlandse Zaken, het Verbond van Verzekeraars, de reisbrancheorganisatie ANVR en diverse andere partners uit de reiswereld.
De organisaties hebben daarvoor besloten tot de versterkte aanpak bijzondere bijstand buitenland.
Kern daarvan is een regeling voor in het buitenland gestrande Nederlandse reizigers, die geen beroep kunnen doen op een reisorganisatie of luchtvaartmaatschappij. ‘Om deze specifieke groep mensen, die door de enorme impact van het Coronavirus echt geen kant op kan, toch veilig naar huis te brengen, is een maximale inspanning noodzakelijk’, aldus minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken. Hij benadrukt dat het om een ‘complexe en unieke’ operatie gaat.
Website
Reisbranche, verzekeraars en de Rijksoverheid hebben een convenant gesloten waarin een essentiële rol is weggelegd voor elk van de partijen. De website waarop reizigers zich vanaf vandaag kunnen melden is: bijzonderebijstandbuitenland.nl. Alarmcentrales zullen vervolgens het noodzakelijke (lucht)transport voor de terugkeer coördineren en organiseren.
Frank Oostdam, voorzitter ANVR: ‘Ondanks de zware en moeilijke periode waarin de reisbranche verkeert, pakken wij onze verantwoordelijkheid, om ervoor te zorgen dat geen Nederlanders achterblijven.’ Nederlandse luchtvaartmaatschappijen komen als eerste in aanmerking om deze vluchten uit te voeren. Mocht terugkeer op korte termijn onverhoopt toch niet mogelijk zijn, dan zullen de alarmcentrales waar mogelijk mensen ondersteunen om ter plekke een veilig verblijf te zoeken, totdat een thuisreis wel aan de orde is.
€10 miljoen
Voor de regeling bijzondere bijstand buitenland wordt door de drie partijen een bedrag van maximaal €10 miljoen vrijgemaakt. Als uitgangspunt geldt dat reizigers binnen Europa (en in aan Europa grenzende landen) zelf €300 en buiten Europa €900 bijdragen aan hun terugreis. Aan Europa grenzende landen zijn: Albanië, Algerije, Armenië, Azerbeidzjan, Bosnië en Herzegovina, Egypte, Georgië, IJsland, Libië, Liechtenstein, Marokko, Moldavië, Montenegro, Noord-Macedonië, Noorwegen, Oekraïne, Rusland, Servië, Tunesië en Turkije.
Richard Weurding, algemeen directeur van het Verbond van Verzekeraars: ‘We moeten beseffen dat dit een mega-operatie wordt in een moeilijke tijd. Daarbij doen wij ook een beroep op de Nederlanders zelf en verwachten wij dat die verantwoordelijkheid nemen in hun eigen reis, onderdak, alternatieve reisprogramma en transport.’ De drie organisaties benadrukken dat deze voorziening er uitsluitend is voor reizigers, dus niet voor Nederlanders die permanent of semipermanent in het buitenland wonen.
Landingsmogelijkheden
Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft voortdurend overleg met de overheden van landen waar gestrande Nederlanders verblijven, die zelf hun terugreis niet kunnen regelen. Dit met het doel om ruimere landingsmogelijkheden te realiseren, zodat Nederlanders die vastzitten zo snel mogelijk kunnen terugkeren. Daarvoor wordt het Nederlandse diplomatieke netwerk overal ter wereld ingezet. De afgelopen week lukte het al door een gezamenlijke inspanning van het ministerie met de reisbranche, luchtvaartmaatschappijen en verzekeraars om onder anderen Nederlanders uit Marokko terug te halen door middel van extra vluchten.
De volgende partijen zijn actief betrokken bij de uitvoering van de regeling bijzonder bijstand buitenland:
- Ministerie voor Buitenlandse Zaken
- Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
- Het Verbond van Verzekeraars
- Algemene Nederlandse Vereniging van Reisondernemingen (ANVR)
- Koninklijke Luchtvaart Maatschappij (KLM)
- Transavia Luchtvaartmaatschappij
- TUI Nederland
- Corendon Holding
- Calamiteitenfonds Reizen
- SGR
Voor meer informatie over de reisadviezen en specifieke vragen per land, ga naar: nederlandwereldwijd.nl