15
Fri, Nov
0 New Articles

Algemeen

DEN HAAG - Voor ieder kind moet nu én in de toekomst plek zijn in het onderwijs, ook als extra ondersteuning nodig is. Dat schrijven minister Paul voor Primair en Voortgezet Onderwijs en staatssecretaris Van Ooijen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in een voortgangsbrief aan de Tweede Kamer.

Met onder andere meer maatwerk voor leerlingen, hulp voor ouders en het wettelijk vastleggen van deze ondersteuning worden belangrijke stappen gezet.

Minister Paul: ,,Naar school gaan moet voor ieder kind vanzelfsprekend zijn. We zetten stappen om daarvoor te zorgen. Zo kunnen ouders nu al terecht bij een van de 140 ouder- en jeugdsteunpunten voor vragen of hulp, versterken we het onderwijs voor hoogbegaafden en zetten we in op betere inzet van digitaal afstandsonderwijs. Maar we zijn er nog niet. Ik wil dat elk kind nu en op de lange termijn een passende plek kan krijgen in het onderwijs. Daar werken we onverminderd hard aan door.''

Toekomstbestendige hulp
Inmiddels krijgen al zo’n 1.000 leerlingen les via zogenoemde Onderwijszorgarrangementen. Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben op het gebied van onderwijs en zorg kunnen hier gebruik van maken. Zo wordt de drempel om weer naar school te gaan lager. Om dit maatwerk structureel te kunnen aanbieden, legt minister Paul het recht hierop vast in de wet.

Voor leerlingen die door hun situatie niet fysiek (volledig) naar school kunnen wordt het volgen van digitaal afstandsonderwijs makkelijker. Eerder stelde minister Paul hiervoor al ruim € 7 miljoen extra per jaar beschikbaar. Ook dit recht op digitaal afstandsonderwijs wordt wettelijk vastgelegd. Over beide wetstrajecten informeert minister Paul de Tweede Kamer na de zomer.

Ouder- en jeugdsteunpunten informeren ouders en leerlingen onder meer over de beschikbare hulp in de regio, hun rechten en hun plichten. Op dit moment zijn er al zo’n 140 steunpunten. Daarnaast moeten leerlingen ook zelf kunnen meepraten over wat zij nodig hebben om naar school te gaan. Dit is onderdeel van het wetsvoorstel Versterking positie ouders en leerlingen in het passend onderwijs, dat begin volgend jaar in werking treedt.

De brugfunctionaris biedt hulp en advies bij financiële-, opvoedings- of gezondheidsproblemen. Hij legt de verbinding tussen het gezin thuis, het kind op school en (waar nodig) met professionals en partners in de wijk zodat problemen niet pas in de klas aan bod komen, maar vroegtijdig worden gesignaleerd en opgepakt. Vanaf komend schooljaar starten brugfunctionarissen op de 15% scholen die dat het hardst nodig hebben.

Thuiszittende kinderen
Nog te vaak zitten kinderen langdurig thuis, of staan zelfs helemaal niet ingeschreven op een school. Dat is zorgwekkend. Met onder meer bovenstaande maatregelen wil minister Paul het aantal thuiszittende jongeren en kinderen terugbrengen.

Daarnaast gaat het wetsvoorstel “Terugdringen Verzuim” dit jaar naar de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel heeft als doel verzuim van leerlingen beter in beeld te krijgen, te voorkomen en terug te dringen. Scholen en betrokken partijen krijgen beter inzicht in de aanwezigheid van leerlingen, waardoor afwezigheid eerder opvalt en scholen daar actie op kunnen nemen. Er komt zo ook een completer beeld van de omvang van de groep thuiszittende kinderen.

Om te garanderen dat kinderen die thuisonderwijs volgen ook daadwerkelijk kwalitatief goed thuisonderwijs krijgen, werkt het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan een wet om hier toezicht op te houden. Deze wet gaat naar verwachting eind dit jaar in internetconsultatie.