WILLEMSTAD - Excellenties, genodigden, dames en heren goedendag en nogmaals welkom op de derde conferentie van de Interlandelijke Taskforce Kinderrechten. Aan Curaçao de eer om dit jaar deze opvoedconferentie te organiseren.
Het is met genoegen dat ik als minister van Sociale Ontwikkeling Arbeid en Welzijn met mijn sector Familie& Jeugd, op de Internationale dag van de Familie deze conferentie met als thema “Participatie als gedeelde verantwoordelijkheid”, mag inleiden.
Familie is de sociale en persoonlijke kring waarin kinderen, worden opgevoed en waarden, gewoontes en rolmodellen worden gedeeld. Daarbij is mijns inziens familie het belangrijkste fundament van een samenleving, De uiteindelijke verantwoordelijkheid van de opvoeding wordt opgeeist door en of verwacht van de ouders maar, zoals een Afrikaans spreekwoord zegt; “It takes a village to raise a child”. Zowel familie, de sociale omgeving en de overheid dragen een grote verantwoordelijkheid in de opvoeding van onze kinderen en jeugdigen.
De Internationale Familiedag is door de Verenigde Naties in 1993 uitgeroepen en toont het belang dat de internationale gemeenschap aan families hecht. Het thema voor dit jaar is "Families en inclusieve samenlevingen".
Benaderingen van het thema kunnen over de hele wereld variëren. Voor de Verenigde Naties is de naleving van de Internationale Dag van de Familie van belang om mensen bewust te maken van de rol van families en familiebeleid bij het realiseren van meer inclusieve samenlevingen. De internationale paneldiscussie zal zich dit jaar richten op het belang van gelijke rechten voor alle familieleden, met name vrouwen. Het zal ook ingaan op de inspanningen op het gebied van universele geboorteregistratie en legale identiteit voor iedereen, vooral gericht op kwetsbare families. Het Caribisch deel van het koninkrijk kent veel families met de vrouw als hoofd van het gezin. Uit de cijfers van de sensus van 2011 op Curaçao blijkt dat 44% te zijn. Vaak staat ze er ook alleen voor. Het feit dat ze aan het hoofd van het gezin staat en het feit dat ze er alleen voor staat zijn mogelijke risicofactoren voor o.a. opvoedingsproblemen.
Voor elke alleenstaande ouder is de opvoedingstaak zwaarder. Onze ouders hebben in de op Curaçao gehouden opvoeddebatten duidelijk aangegeven dat zij sociale steun van familie waarderen.
De Verenigde Naties benadrukt het belang van sociale bescherming, sociale insluiting en andere aspecten van sociaal inclusief en familiegericht beleid, als beschermende factor ook in de opvoeding
Inclusie betekent de insluiting in de samenleving van een ieder, op basis van gelijkwaardige rechten en plichten. Een inclusieve samenleving is pas succesvol als er een brede participatie is. Hier zullen wij met zijn allen naar moeten streven. Dat is ook de reden dat onze regering zoveel belang hecht aan deze conferentie.
Het thema van deze conferentie “Participatie als gedeelde verantwoordelijkheid”, is één van de voorwaarden voor een inclusieve samenleving en vraagt van de hele gemeenschap een actieve deelname en betrokkenheid bij de opvoeding.
Hiermee wordt dus bedoeld Betrokkenheid van bestuurders, professionele opvoeders, ouders en ook de kinderen.
Tijdens de Conventie inzake de Rechten van het kind van de Verenigde Naties in Geneve 2015 heeft het Koninkrijk een aantal aanbevelingen gekregen om beter te voldoen aan de naleving van de Kinderrechten. Eén van die aanbevelingen betrof “Het belang van het Kind én Participatie”. Het koninkrijk moet meer aandacht besteden aan wetten en beleid die gevolgen hebben voor kinderen en jongeren.
Zij moet bij de totstand koming van deze wetten kinderen en jongeren consulteren. De betrokkenheid van de kinderen komt tot uiting in artikel 12 van het Kinderrechten verdrag. Conform dit artikel 12, heeft ieder kind het recht zijn mening te geven over zaken die hem/haar aangaan. Wij als bewindvoerders, parlementariërs, beleidsmakers, professionals en ouders hebben de verantwoordelijkheid om veel uitgebreider in dialoog te treden met hen en met elkaar. Onze kinderen hebben behoefte aan deze dialoog, want hoe beter onze acties op elkaar zijn afgestemd, des te beter de resultaten die we kunnen bereiken, ten bate van onze jonge burgers.
De artikelen van het Kinderrechtenverdrag geven heel duidelijk weer de verantwoordelijkheid die zowel de professionele opvoeder als de ouder heeft naar het kind op het gebied van opvoeding, gezondheid, educatie en bescherming. In Artikel 18 van het Kinderrechten verdrag staat specifiek dat de ouders voor het kind moeten zorgen. Dat betekent dat zij ervoor moeten zorgen dat het kind liefde en aandacht krijgt, gezond en goed eet, een bed om in te slapen, kleren om aan te trekken en dat het naar school kan.
Ze moeten voor alles zorgen waardoor het kind op een fijne manier kan opgroeien en zijn talenten zo volledig mogelijk kan ontplooien. De overheid is verantwoordelijk om de ouders daarbij te helpen met geld, hulp en zorg. Als de ouders werken, moet er kinderopvang zijn. En als het thuis niet goed gaat, moet de overheid ervoor zorgen dat het kind ergens anders wordt opgevangen. Dit artikel benadrukt voornamelijk de Plichten van ouders Het VN-Kinderrechtenverdrag gaat ervan uit dat ouders de eerste verantwoordelijkheid hebben voor de opvoeding en ontwikkeling van hun kind en geeft de basisvoorwaarden waarmee ouders bij de opvoeding rekening moeten houden. Ouders moeten bij hun opvoeding altijd het belang van het kind als uitgangspunt nemen.
Ze moeten hun kinderen passend leiden en begeleiden en daarbij rekening houden met wat het kind op een bepaalde leeftijd wel en niet kan. Ze moeten zich dus verdiepen in wat kinderen kunnen en wat ze van hun kind kunnen verwachten. In de huidige samenleving is dit een moeilijke opgave. De ouder kan dit niet meer alleen realiseren; Gebrek aan Financiële draagkracht, Tijd, Kennis, Huisvestingsproblemen, Invloed van Social media en Onvoldoende sociale steun.
Ouders wensen deze steun niet alleen van hun sociale omgeving maar ook van professionelen en van de Overheid. Zoals naar voren is gekomen in de recent op Curaçao gehouden opvoeddebatten
De artikelen van het Internationaal verdrag Rechten van het Kind benadrukken niet alleen de rol van de ouder en de professionele opvoeder maar ook die van de professionelen in de gezondheidszorg, educatie en justitie. Het geeft aan dat waar de ouder het niet alleen aankan de Overheid de verantwoordelijkheid moet nemen. Opvoeding moet geen lijdensweg worden, Ouders moeten kunnen genieten van de opvoeding. Als gemeenschap hebben wij een taak om ouders hierin te ondersteunen. En zeker als Overheid is het onze plicht om deze rechten te garanderen. Het is niet vrijblijvend maar een commitment die wij met zijn allen aan moeten gaan.
Dit betekent niet dat wij als Overheid de taak van de ouders moeten overnemen, evenmin dat wij taken van elkaar als ministerie overnemen en ons gaan bemoeien met elkaars verantwoordelijkheden. Het betekent wel dat we moeten samenwerken, elkaar moeten aanvullen en ondersteunen, de werkzaamheden moeten verdelen, professionaliseren en afbakenen en elkaar kunnen aanspreken op omissies.
Als Ministerie verantwoordelijk voor families en verantwoordelijk voor de naleving en rapportage van de Kinderrechten aan de VN ondersteun ik het initiatief om de samenwerking, verbinding en kruisbestuiving te bevorderen tussen de verschillende ministeries en NGO’s, en tussen de verschillende landen van het Koninkrijk. Ik verwacht van ons allen een actieve deelname en betrokkenheid. Opvoeding is pas succesvol als er een Brede participatie in de opvoeding is.
We zijn allemaal op zoek naar blijvende resultaten, oftewel, naar duurzaamheid. Laten we dan ook gebruik maken van het platform dat deze conferentie biedt om in discussie te treden met elkaar met maar één doel voor ogen: de samenwerking ten aanzien van kinderrechten, zowel binnen het Koninkrijk als lokaal, te verbeteren.
“It takes a village to raise a child. Let’s realize, accept and commit ourselves to do our part in the most powerfull way”.
Laten we gaan Samenwerken voor succes.
Hierbij open ik de tweede conferentie dag.
Meer foto's klik hier